Rolduc in herinnering bewaren
Op Rolduc ga ik behalve naar de brasserie ook wel naar de kerk en naar het kleine kerkhof. Veel grafstenen zijn verweerd en steeds moeilijker te lezen. Het is alsof er krachten werken die de verhalen van deze personen in de vergetelheid laten verdwijnen. Een graf ontsnapt hieraan, de grafkapel van Johan van Weede. Johan was een zeer religieuze jongen; hij stierf toen hij dertien jaar oud was in 1870. Als het verhaal van Johan niet meer verteld wordt, als de herinnering aan hem niet levend gehouden wordt dan zal ook hij uiteindelijk vergeten worden. Directeur Reinier Corten schreef in het bekende boek Rolduc in Woord en Beeld over Johan. Hier twee artikelen over Johan in pdf.
hiernaast het barok altaar op Rolduc rond 1870 waar Johan elke dag ging bidden. |
Bij het schip is links een open ruimte tussen de huizen; het huis rechts daarvan waar je tegen een witte zijgevel aankijkt, dat is het huis van de familie van Weede vanwaar Johan op 14 april 1869 naar Rolduc vertrekt. Zijn vader handelt er in goud en zilver. Johan woonde er vanaf december 1859, hij was toen 2 jaar en 5 maanden. In de grote tuin achter het huis, was nog een klein huis waar hij met zijn zus Elisabeth de mis deed. Het is nu Oude Gracht 291: zie hier. | Hier de situatie rond 1870 aan de Oude Gracht in Alkmaar ; rechts iets verder dan de lantaarnpaal is het huis van Johan. Tegenwoordig is het huis Oude Gracht 291; maar dat is een nieuw huis ontworpen in 1909 door architect Stuyt. Ik heb de indruk dat hij de indeling van de gevel van het vroegere huis bewaard heeft. |
Het huis waar Johan op 22 juli 1857 in Alkmaar geboren is , Fnidsen 87. Hij heeft er gewoond tot december 1859 , toen verhuisden ze naar de Oude Gracht. Over het bruggetje op het eind van de Appelsteeg staat het huis. Zijn opa had hier een winkel die in augustus 1854 overgenomen werd door zijn vader. Het pand, -de roode Haan- genaamd, is eind januari 1854 afgebrand en herbouwd. Bij de brand is de voorgevel ingestort. Ook de vader van Johan is hier geboren op 28 april 1826. Wil je binnen kijken dan kan dat hier. | Links van het geboortehuis van Johan ligt een prachtige oude vestiging van Albert Heijn. Loop er maar eens naartoe hier. De moeder van Johan is op 16 januari 1825 geboren rechts naast Houttil No 7, dat is vlakbij de waag. Het is het derde pand.Haar vader en haar broer waren zilver- en goud smeden. Ook voornoemd pand No 7 was van haar vader. Zie hier. |
Hiernaast een oude maar mooie scherpe foto waarschijnlijk uit de periode 1871 - 1873, van het kerkhofgedeelte nabij het graf van Johan; Johan van Weede sterft op 15 juli 1870 te Aken; je ziet nog drie monumenten op de voorgrond die allemaal rond april 1871 geplaatst zijn; van links naar rechts gaat om het het graf van Gautier [Walter] Schermer uit Amsterdam, gestorven op 17 december 1870 16 1/2 jaar oud; daarachter het graf van Henri Schrakamp uit Leeuwarden gestorven op 28 november 1870 14 jaar oud en helemaal rechts het graf van Hubert Cals uit Schinnen gestorven op 5 december 1870 14 jaar oud.
Er zijn nog twee grafmonumenten die ik onder de aandacht wil brengen. Het graf van Henri Colen, gestorven aan roodvonk op 25 maart 1902, en de grafsteen van directeur Everts bij binnenkomst op het kerkhof links in de muur ingemetseld. Het verband tussen beide is de ziel; in de toespraak die Corten voor Henri bij de uitvaart houdt staat de ziel centraal, naar zijn mening kan de dood de ziel niet vernietigen; op de grafsteen van directeur Everts is een ziel afgebeeld en dat is vrij uitzonderlijk. De moeder van Henri schonk aan Rolduc prachtige altaar gordijnen die nog steeds die functie vervullen; zij was toen weduwe. Op die gordijnen is een Latijnse tekst met de naam van Henri opgenomen. Als je meer wil weten over Henri Colen en zijn moeder lees het artikel hierna dat een weergave is van zaken die ik gevonden heb.
De moeder van Henri Colen: Octavie Antonia Maria Hubertina Schreurs, geb. 2 juni 1850 en ovl. 2 maart 1932. | Henri Colen: geb. 27 januari 1888 en ovl. 25 maart 1902 aan scarlatina. De foto is van april 1899 bij zijn communie. De prachtige kerk in Den Haag waar hij zijn communie deed. Hij staat ook op de klassenfoto uit 1901 gemaakt door Jules David. Zie verder. | Octavie op jongere leeftijd. |
Het graf van Everts met er direct achter het grafmonument van Henri Colen. De grafsteen van Everts is naderhand ingemetseld in de linkermuur vooraan. De grafsteen is ontworpen door Pierre Cuypers in 1900 [RJB 1927]. Everts en Cuypers waren goede vrienden. Het idee van de grafsteen lijkt ontleend te zijn aan de dekplaat van het graf van Rosalie van de Vin in Roermond, de eerst echtgenote van Cuypers. Beide grafstenen zijn in reliëf en dragen een ziel. | Grafsteen van directeur Everts in linkermuur ingemetseld direct bij binnenkomst. Rechtboven onder de hoofdletters A en D is zijn ziel te zien gedragen op engelenhanden. Op donderdag 25 september 1902 is de grafsteen op het graf van Everts geplaatst. |
Klein Rolduc rond oktober 1901 met Henri Colen; de tweede rij van boven, vierde van links; foto gemaakt door Jules David. De plek is in het zuid carre in de zuid-oost hoek, de plek bestaat nog steeds. | Links het graf van Henri Colen. Rechts dat van Constant Boost, hij overlijdt aan sepsis. |
Hier een foto gemaakt op 15 juni 1921, de tweede dag van het directeursfeest, waar Constant Boost mooi op staat. Hij is de jongen in het centrum, tweede rij , midden. Constant ligt rechts naast Henri Colen op het kerkhof. Hij overleed 7 april 1922. Het elftal is Unitas van Klein-Rolduc, ze behalen de tweede prijs; de eerste prijs behaalt Concordia. Als je er meer van wilt weten lees het jaarboek 1921 bij sport en spel, de foto staat daar ook. Apart te beseffen dat hij nog geen tien maanden erna overlijdt.
Het motto van deze website is "Waarheid als onverborgenheid" : het spel tussen verhullen en onthullen; bedekken en ontdekken; verbergen en niet verbergen ...... Het is Martin Heidegger die over dit thema interessante colleges gegeven heeft; de colleges zijn op schrift gesteld en u kunt ze vinden in de Gesamtausgabe , uitgeverij Vittorio Klostermann, in de de banden 34, 36/37 en 54. Het centrale thema in die colleges is "Waarheid als onverborgenheid"; het Griekse aletheia heeft volgens Heidegger oorspronkelijk niet de betekenis van waarheid maar van onverborgenheid; a-letheia. Er zijn uiteraard ook andere betekenissen voor waarheid: waarheid als correspondentie, waarheid als coherentie, waarheid als praktijk..en nog veel meer.
Net zoals het gaat met het verhaal van Johan van Weede zo gaat het met alle verhalen over Rolduc; als de verhalen verdwijnen of niet meer toegankelijk zijn dan gaat veel verloren. Veel personen hebben over Rolduc verhalen verteld; veel van deze verhalen zijn opgeschreven. Al deze vertellers hebben zich veel moeite getroost om iets te onthullen van de rijke geschiedenis van Rolduc.
Deze website wil er toe bijdragen deze verhalen over Rolduc te behouden; een aantal boeken zijn daarvoor onmisbaar: onder andere Rolduc in Woord en Beeld, het jubileumboek 1843-1943 en de jaarboeken van Rolduc uit de periode 1921-1969. Het is aan het monikkenwerk van Leo Crombach en Ger Brunenberg te danken dat voornoemde werken beschikbaar zijn in pdf; zij waren zelf ooit student en leraar op Rolduc. Opmerking: mocht onderstaande film niet starten, klik dan hier.
"Een jongmensch moet al van een buitengewone stompzinnigheid en botheid
van geest zijn, indien hij voor zijn later leven uit zijn Rolducsche periode althans niet eenige aesthetische ontwikkeling mededraagt."
Bovenstaand treffend citaat is geschreven door Jan F.M. Sterck in het jaarboek 1922.
Sneeuwpret op Groot Rolduc en Klein Rolduc
25 jarig priesterschap van Joseph Pop in 1951; eerst komt Eugene Senden rennen.
Als u de klokken van Rolduc wil horen kan dat hier op Youtube Hier en Hier
Als u wil weten waar de klokken van de abdij zijn lees dan op pagina 137 in het artikel van Louis Augustus hierna.
Intermezzo: Sjef Stassen in 1991 over het systeem Rolduc.
De overgang in de preek van het -Rolducse onderwijssysteem- naar de levensopvatting van Hem..de Drie-eenheid..gaat heel geleidelijk; Rolduc was natuurlijk een katholiek bolwerk, er was geen ontkomen aan.
Nog een preek van Stassen in de hoogmis tijdens de reünie in oktober 1991.
Over onaantastbare geloofswaarheden..en principes als..het moet omdat ik het zeg...het is altijd zo geweest...verbeeld je dat ze dat allemaal deden...tucht moet er zijn...
Onlangs is een aantal filmrollen terug gevonden, onder andere de film van Stassen De Kleine Republiek, maar ook de film gemaakt door Tagage in de periode 1948-1952. De films worden nu gerestaureerd en geconserveerd in het Museum te Venlo. Tagage was docent klassieke talen op Rolduc IV. Velen hebben zijn lessen inspirerend gevonden en hebben er goede tot zeer goede herinneringen aan. Hierna fragmenten uit deze film; het is een les Latijn gegeven aan het eerste leerjaar [Ia] op klein Rolduc. Tagage geeft zelf les in het gekozen fragment.
Een herinnering aan Tagage geschreven door Laur Crouzen.
"In mijn Rolducse jaren (1960-1966) had hij geen bijnaam. Tagage was Tagage met de klemtoon in zijn drielettergrepige familienaam op de middelste syllabe. Klonk als ‘garage’ of ‘bagage’ met zeer zachtfluisterende g’s, maar zo noemden wij hem niet. ‘Garage’ zou puur een rijmwoord zijn geweest als bijnaam, want het was onbekend of hij een auto had. ‘Bagage’ zou de spijker op zijn kop zijn geweest, want deze leraar klassieke talen had gewoon een dikke buik. Hij had dat gemakkelijk kunnen camoufleren met het dragen van een zwart pak met zwart hemd en priesterboord. Maar zo niet Tagage. Ik heb hem nooit anders gezien dan in een klassieke, zwarte priestertoog tot op zijn enkels met opvallende knoopjes die van boven naar beneden exact zijn uitstekend en opvallend profiel volgden. In filmfragmenten uit de late jaren veertig en begin jaren vijftig had hij op jongere leeftijd nog niet zo’n bollend figuur en droeg hij ook nog de brede zwarte band over zijn toog...................."
Voor het volledige artikel van Laur Crouzen zie de volgende pdf, versie 11 nov 2017:
Pothast
Bernard Antoine Pothast [1824-1904] heeft veel over Rolduc geschreven. Vooral zijn "Annales de Rolduc depuis le premier Novembre 1843" is onmisbaar bij het bestuderen van Rolduc III. Het bestaat enkel in Frans handschrift. Een klein aantal voorbeelden uit dit document:
De reünie van 20 september 1881 van studenten Luiks seminarie | |
Qu'íls sont aimees, grand Dieu, tes tabernacles; het lied dat de reünisten in 1881 ontroerde. De opname is gemaakt door Joep Offermans en een koor rolduciens. Afspelen met Windows Mediaplayer. | |
Het verhaal van de kalkoen op 27 augustus 1848. |
In 2014 is er in de Abdij Rolduc een muziekuitvoering geweest naar aanleiding van het ontdekken van een manuscript van Pothast. Hierna als voorbeeld een mooi lied dat gezongen is door bariton Raoul Reimersdal met piano begeleiding van John Franck. Oorspronkelijk is het lied gezongen op 18 augustus 1868 bij de prijsuitreiking, het Rolduc Hollandais bestond toen 25 jaar. Het feestdiner vond plaats waar nu de brasserie is. Veel oud Rolduciens zullen ook nu nog de tekst die gezongen wordt, onderschrijven. De partituur en toelichting zijn bijgevoegd.
Ode aan Rolduc 1868 |
De studenten van Rolduc beschikten van oudsher over een boekje met kerkelijke gezangen; het oudst bekende boekje is van 1856 en in mijn bezit. Dat laatste is samengesteld door Pothast en geïllustreerd door Gerard Slits. Hiernaast een latere versie. Achteraan op bladzijde 35 en 36 is een index. | Hier een uitvoering van het Kyrie uit de Deutsche Messe van Johann Michael Haydn, de melodieën en teksten staan op pagina 18 tot en met 23. Hier een uitvoering van de hele mis door de Wiener Sangerknaben. |
Rolduc in vijf perioden
De geschiedenis van Rolduc wordt gewoonlijk in vijf perioden ingedeeld. Het Eerste Rolduc is de abdij van de Augustijner koorheren die tot 1796 heeft bestaan. Het Tweede Rolduc heeft bestaan van 1831 tot Pasen 1843; het is het kleinseminarie van het bisdom Luik. Doordat in 1839 de provincie Limburg in een Nederlands en Belgisch deel gesplitst werd en dat in 1840 het apostolisch vicariaat van Limburg opgericht werd, ontstond de situatie dat het kleinseminarie van Luik niet enkel in het "buitenland" lag maar ook buiten het bisdom Luik. Met Pasen 1843 liet Mgr. Cornelis van Bommel zijn klein seminarie overbrengen naar de abdij van Sint Truiden. Het gebouwencomplex Rolduc werd daarna overgenomen door Mgr. Paredis. Het kleinseminarie, filosoficum en de normaalschool werden voortgezet, maar ook werd er een open internaat gevestigd. Dit Derde Rolduc bleef bestaan tot 1946. Mgr. Lemmens hief toen de onderwijs-instellingen op; Rolduc bleef enkel als kleinseminarie voortbestaan. Dit Vierde Rolduc was uitsluitend kleinseminarie. In 1967 werd het weer een open internaat. Maar de tijd van internaten was voorbij, het einde kwam in 1971. Het huidige Vijfde Rolduc heeft zoals bekend meerdere functies. Ook is er sinds 1974 weer een grootseminarie gevestigd van het bisdom Roermond.
In de volgende compacte tekst Roda docens van R. de la Haye wordt dieper ingegaan op de onderscheiden perioden van de geschiedenis van Rolduc. De tekst is geschreven voor een symposium dat september 1999 gehouden werd in het Grootseminarie Rolduc. Tevens treft u hierbij aan de door R. de la Haye samengestelde inventaris voor het archief van het Derde Rolduc dat bewaard is in het RHCL te Maastricht. Als u het Derde Rolduc gaat bestuderen is deze inventaris onontbeerlijk.
|
Cornelis van Bommel
Mijn belangstelling gaat vooral uit naar Rolduc III en in het bijzonder naar Rolduc II, het Luiks seminarie. Op Rolduc IV heb ik zelf gezeten dus dat weet ik wel.
In het archief van de abdij van Sint Truiden is over Rolduc II best veel te vinden; in ieder geval genoeg om te begrijpen waar de roots van het Rolducse onderwijssysteem te vinden zijn. Als twaalfjarige leerling van Rolduc IV vroeg ik me al af waar dat waarin ik ondergedompeld werd, vandaan kwam.
Mgr. Cornelis van Bommel is grondlegger van Rolduc II. Zijn onderwijskundige ideeën zijn interessant. In het gedeelte van de website dat gaat over het Luiks seminarie zal ik dit toe lichten.
Hierna Rolduc II volgens overlevering geschilderd door Hendrik Kettner in 1830; ik betwijfel het jaartal omdat Rolduc II pas in 1831 functioneerde. Foto uit: Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, objectnummer (51.295).
L'origine de Rolduc : Rolduc II
Websites
Congrescentrum Rolduc | |
Academie van het seminarie Rolduc; lezingencyclus. | |
De videozone van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte van de KU Leuven; veel inleidende colleges filosofie. Aanbevolen: | |
Vele interessante lezingen, vaak online, van de KU Leuven. | |
Vele interessante lezingen en collegereeksen van de Universiteit Maastricht. | |
Veel foto's van Rolduc, vaak in hoge resolutie | |
Veel foto's van Rolduc. |